Zo is Doomkerke - Deel 8: Doomkerke en zijn molens
1. DE MOLEN OP SINT-PIETERSVELD
Over deze molen is ons praktisch niets bekend. Hij zou bij de uitrusting van de eerste boerderij behoord hebben, welke aldaar in 1771 werd gebouwd. Omtrent vorm en gebruik hebben we enkel het gissen, doch samen met de inbeslagname van het kerkelijk goed zal ook zijn verval begonnen zijn. De precieze standplaats is ons wel bekend. Op het eerste kadasterplan van Ruiselede en de daarbij gaande kaart van POPP P.G., vinden we onder sectie A, artikel 794, PERNEEL en consoorten, Jan, advocaat te Brugge : perceel 23a, land, 1 ha 11 a 20 ca, perceel 23b, korenwindmolen, 2 a 50 ca. Hij stond rechts van de boerderij, dichtbij de Bruggesteenweg.
2. DE STROKOTMOLEN (COUSSENS' MOLEN)
Deze molen, langs de Wingenesteenweg, is sedert 1914 verdwenen. Na een reeks moeilijkheden besloot de laatste eigenaar, de Heer C. COUSSENS, tot afbraak. De naam van de molen is zeker verwant met de Strokotwijk. Deze houten molen was gebouwd op een heuveltje en rustte op vier gemetselde blokken. In een schenkingsakte van 1556 door jonker JAN, heer van Poeke aan jonker MELIADEUS, bastaard van Poeke staat als voorwaarde vermeld dat hij een molen moet bouwen. Als herinnering aan deze molen plaatste de bond van alle Oud-Doomkerkenaren in 1964 een plaat in de gevel van de woning P. D'HALLUIN.
3. LIEVENS MOLEN
Lievens molen
verdween uit het landschap in 1972
Op 1 km van de verdwenen Strokotmolen, nabij de grens van Ruiselede, Schuiferskapelle en Wingene, stond de meer recente Lievens molen, gebouwd door Karel LIEVENS in 1844. Later ging hij over naar de familie DELEERSNIJDER en in 1955 kwam hij in het bezit van de familie VERHELST. Het verval van de molen begon reeds tijdens het bezit van de familie DELEERSNIJDER, die hem alleen als opslagplaats wist te gebruiken. Op 2 december 1972 werd Lievens molen afgebroken. Kruis en kap kwamen naar beneden en alleen een 6 m hoge kuip bleef als magazijn behouden, misschien als herinnering aan wat het vroeger was. Gebouwd op een van de hoogste punten van de streek (26 m) was hij zelf ook 13 m hoog. De molen was rond en gemetseld en bezat langs onder een doormeter van 8 m. Zijn wieken waren 24 m lang. Op de eerste verdieping lagen twee koppels stenen. Lievens molen was groots en dominerend in zijn stille omgeving. Het is ons niet bekend of er pogingen tot behoud werden aangewend. Wel weten we dat zijn verdwijning een onherstelbaar verlies betekent voor ons patrimonium en de molen-landroute.
Van onze molens rest alleen nog de herinnering.
Zo is Doomkerke |
Een historisch overzicht samen met het ontstaan en de groei van de parochie. |
Het weer
Snelgids
· Contacteer Sint Caroluskerk
· Zo is Doomkerke
· Doomkerke in een notendop
· Dorpslied
· Kamphuislied
· KFC Doomkerke lied
· Uw (handels)zaak toevoegen
· Zoek in deze site
Moppen van Fonne
Het handborsteltje
Christien was het beu, dat zei ze alle dagen,
zo elke avond met de kinderen alleen.
’t Hielp niet met steeds beloven of met zagen
bij haar vriendinnen kloeg ze steen en been.
Leon haar man, die ging zo vaak naar het café,
hij kwam heel laat thuis , zeg maar een gat in de nacht.
Verscheidene keren had hij een vriend of zelfs twee,
hoerepoepeloere zat naar huis meegebracht.
’t Werd weerom avond en lijk altijd, het werd weer laat.
Leon was van geen uren ver te bespeuren.
Plots hoort Christien een gestommel op de straat
maar helaas, Leon staat voor gesloten deuren.
Na een ijzige stilte wordt er kort gebeld,
5 sec .later hoort Christien een licht geklop.
ze loert geniepig door ’t venster en ziet haar held
maar deze keer is ze formeel, ik sta niet op.
Voorzichtig trekt ze het venster op een kier
en werpt hem sissend, tergend traag een kussen toe.
“ Hier zie, dronkenman, slaap maar buiten op ’t plankier,
naar boven komen gaat toch niet meer, ge zijt doodmoe.
Vijf minuten later hoort ’t vrouwtje weer gebons,
in de verte klinkt gekreun en hees geroep.
“Werp me in godsnaam een deken, en liefst dat van dons
’ t is hier toch zo koud en ook zo hard op de stoep.”
Christien twijfelt even , maar gaat er toch op in,
ze werpt hem het deken toe en duikt weer in haar bed,
ze denkt, ondanks alles krijgt hij toch weer zijn zin
maar wat ik nu in feite doe , is toch niet net.
Heel zeker een half uur is het nu akelig stil.
Christien is onrustig maar bijna ingedut,
plotseling schiet ze wakker met een luide gil.
“ vrouwtje lief, ‘k kan niet slapen, ‘k ben gans uitgeput.”
“ Een gunst nog en ‘k zal me nooit meer bezatten
werp mij het handborsteltje, ‘ k weet het ,’t is maar nep,
ge weet uit ervaring, ‘k kan de slaap niet vatten
als ik , oh arme, geen haar in mijn handen heb.”
Godwaert 17 01 01