Dorpslied van Doomkerke
Men spreekt hier van een plaatsje, zo schoon een waar festijn.
We trekken er naar toe, ja, dat moet Doomkerke zijn.
Met zo'n 800 mensen, voelen we ons zo rijk,
laat dat dorpje maar groeien, hebben we een klare kijk.
Hoe schoon is 't in 't Haantje,
hoe schoon is 't hier toch.
Dat smaakt hier naar vele,
dat smaakt hier naar nog.
we kunnen ons jeunen,
ja allen tegaar,
we kunnen ons draaien,
van links naar rechts en aldaar.
Ja, hier in West-Vlaanderen, ligt ons dorpje klein.
' t Is er heerlijk om wonen, ja 't is hier zo fijn.
Tussen de velden en dieren en het vele groen,
kunnen we ons draaien en keren 't is hier goed te doen.
Hoe schoon is 't in 't Haantje,
hoe schoon is 't hier toch.
Dat smaakt hier naar vele,
dat smaakt hier naar nog.
We kunnen ons jeunen,
ja allen tegaar.
We kunnen ons draaien,
van links naar rechts en aldaar.
De mensen die hier wonen, raken hier slecht weg.
Mochten ze toch gaan trouwen, komen ze weer hier terecht.
Eens de smaak te pakken, eens DAT dorpje geproefd.
't Is een echte verslaving, 't is da Zielke dat hier vertoeft.
Hoe schoon is 't in 't Haantje,
hoe schoon is't hier toch.
Dat smaakt hier naar vele,
dat smaakt hier naar nog.
We kunnen ons jeunen,
ja allen tegaar.
We kunnen ons draaien,
van links naar rechts en aldaar.
Iedereen komt aan zijn trekken, ons beste wordt hier gedaan.
Geen te kort aan feesten niemand blijft hier stille staan.
Met de kerk in het midden, met ons Dorp inZicht.
Slaan we ons handen tezamen, doen we plechtig onze plicht.
Hoe schoon is 't in 't Haantje,
Hoe schoon is 't hier toch .
Dat smaakt hier naar vele ,
dat smaakt hier naar nog.
We kunnen ons jeunen
ja allen tegaar ,
we kunnen ons draaien,
van links naar rechts en aldaar.
we kunnen ons draaien,
van links naar rechts en aldaar.
Ria Van Loocke.
Dit werd een eerste maal uitgevoerd bij het afsluiten van "Dorp inZicht" november 2007.
Het weer
Snelgids
· Contacteer Sint Caroluskerk
· Zo is Doomkerke
· Doomkerke in een notendop
· Dorpslied
· Kamphuislied
· KFC Doomkerke lied
· Uw (handels)zaak toevoegen
· Zoek in deze site
Moppen van Fonne
Het paardenmiddel
Miel was geen trunte ,verre van
maar nu had hij het toch goed zitten.
Hij hoestte en baste ,de arme man en liep de ganse dag al blèten.
Zijn zakdoek was vettenat gesnoten
en zijn neus en lippen zagen rood,
zijn longen piepten, zijn longen floten
allé Miel ging bijna dood.
Met heel veel tegenzin is Miel gegaan
en liet zich door den dokter controleren.
“ Ja Miel , g’ hebt in de trok gestaan
en heel zeker met te weinig kleren.”
“ ‘ k Heb hier wat pillen en een fles siroop
dat moet ge nemen, juist na ’t eten,
’t stopt uw hoest, uw traan- en neus geloop
laat mij bij een dag of drie iets weten.
Vol moed begint Miel aan deze kuur,
met wat water slikt hij de pillen in.
Hij hoest en hijgt en krijgt het zuur,
’t was allemaal een flauw begin.
Miel verhoogd de dosis op een keer,
’t brengt al geen aarde aan den dijk.
Zijn neus en ogen lopen wel niet meer,
maar hoesten doet hij toch zo vreselijk.
Uitgeput, ten einde raad gaat Miel
en laat zich door de dokter visiteren.
“k Zie dat de medicatie tegenviel,
maar ‘k geef u iets om te purgeren.
“ ‘ k Heb alles met u reeds geprobeerd
alleen dat paardenmiddel hier zal u vermurwen
‘k weet wel, het werkt ook rats verkeerd,
maar hoesten Miel…… dat zult ge zeker niet meer durven.
Godwaert 19 05 95