Meester Jozef Vyncke
Jozef Vyncke leefde vijftig jaar lang in ons dorp. Hij was een stuwende kracht achter heel wat projecten en enkele fundamentele veranderingen in Doomkerke. Hij droeg 't Haantje in zijn hart zonder er geboren te zijn.
Jozef Vyncke zag het levenslicht in 1904 te Egem, vijftien kilometer dieper in West-Vlaanderen. Hij was de zoon van Emile Vyncke en Pia Verstraete. Zijn vader was meester-koster in Egem. Deze twee beroepen werden vaak gecombineerd. De intelligente en muziekale onderwijsstudenten werden in die tijd vaak aangespoord om ook een kosterstudie te doen. Jozef groeide, samen met twee broers en twee zussen, op in het onderwijzersgezin. Jozef trad in de voetsporen van zijn vader. Na zijn lagere school verkastte hij naar de normaalschool in Torhout. In 1924 studeerde hij af als meester-koster. Ook de andere kinderen uit het gezin werden leraar of lerares.
Jozef mocht direct aan de slag. Hij kreeg een plaats als meester toegewezen in het Wingense Wildenburg. Hij bleef er slechts drie jaar. In 1927 kwam hij naar Doomkerke. Onze parochie kwam zonder meester te zitten nadat Camiel Vergote in het klooster trad. Jozef woonde in het begin alleen. Hij werd bijgestaan door een huishoudster. Dit duurde echter niet lang. De jonge man leerde Irma Geirnaert (°1906-+1975) kennen. Een jaar na zijn aankomst in 't Haantje, in 1928, trouwde het jonge koppel al. Nog een jaar later volgde de geboorte van hun eerste dochter. In de jaren dertig zagen nog drie meisjes en één jongen het levenslicht. Dit waren:
-Maria (°1929)
-Anna (°1930)
-Guido (°1932-+2008)
-Lutgarde (°1934)
-Josepha (°1939)
Jozef voelde zich onmiddelijk thuis in de kleine parochie. Dit ondanks de moeilijke werkomstandigheden. Tot begin de jaren veertig was er geen volwaardige jongensschool. De zusters runden de goed uitgebouwde meisjesschool. Meester Vyncke, die tot 1932 werd bijgestaan door meester Carton, moest het rooien met een lokaaltje boven de koestal van het 'Oudemanhuis'. "Er zaten zelfs spleten in de zoldervloer", weet Jozef's dochter Josepha. "Door die spleten konden de kinderen de koeien zien. Dan spreek ik nog niet over de reuk of het geluid dat die dieren maakten. Jozef Vyncke vond dat de jongens een betere leeromgeving verdienden. Hij kon echter niet veel aanvangen zonder de hulp van meneer pastoor. Begin de jaren veertig was zijn enige klaslokaal zodanig beu dat hij besliste om thuis les te geven aan de Doomkerkse jongens. Gelukkig ijverde hij verder voor de bouw van een volwaardige jongensschool. En er kwam schot in de zaak. Pastoor Maegerman vond in mevrouw De Roo een gulle sponsor voor het schoolproject. Er werd een jongensschool met dorpszaal gebouwd. In 1945 waren alle bouwwerken achter de rug en werden de klassen in gebruik genomen. Meester Vyncke moest niet meer onder de vleugels van de zusters werken. Hij werd verantwoordelijk voor zijn eigen school en kreeg de titel 'hoofdonderwijzer'. Doomkerkse mannen omschrijven hun oud-meester als een goede, maar strenge leraar. "Als je iets mispeutert had kon hij wel eens met een regel op je vingers slaan. In die tijd was dat normaal", aldus een oud-leerling.
Meester Vyncke was natuurlijk ook koster in onze parochie. Hij speelde enthousiast op het orgel tijdens de eucharistie. Jozef kon zijn liefde voor muziek niet wegsteken. Kort na zijn aankomst in Doomkerke startte hij het 'Sint-Gregoriuszangkoor' op. Later kwam er op zijn initiatief zelfs een dorpsorkest die alle Doomkerkse feesten opluisterde. Maar dat was nog niet alles. De toneelgroep 'Nut en Vermaak' kwam er door toedoen van de meester-koster. Richard Keyzer en Adiel De Fauw waren twee andere leden van het Doomkerkse toneel. Eerst vonden de toneelopvoeringen plaats in het klaslokaal van het 'Oudemanhuis', later werd de Doomkerkenaren vermaakt in de boltent en tenslotte deed de splinternieuwe dorpszaal dienst voor de blijspelen van 'Nut en Vermaak'. Meester Vyncke was in zijn vrije tijd vaak bezig met het maken van decorstukken voor de toneelkring. De enthousiaste leraar stond volledig ten dienste van wat ondertussen 'zijn' Doomkerke geworden was. 'Zijn Doomkerke' was voor meester Jozef vooral 'Ons Doomkerke'. Zijn laatste grote verwezelijking is het oprichten van een Heemkundig tijdschrift met die naam. Een tijdschrift dat ondertussen is opgegaan in 'Ons Ruiselede'.
Wanneer hij dan toch wat tijd voor zichzelf had nam hij vaak de fiets. Na zijn pensionering, in 1974, ondernam hij zijn grootste tocht. Hij reed van Doomkerke naar Lourdes en terug. "Ik denk wel dat hij op de terugreis een stuk met de trein gedaan heeft," gist zijn dochter Josepha. Fietsen was niet zijn enige hobby, hij was een gekende duivenliefhebber. Samen met zijn zoon Guido gaf hij zijn duiven vooral mee op de vluchten uit Arras. Hij was 's zondags vaak te vinden bij de andere duivenliefhebbers uit Doomkerke. "Toen we jong waren en de duiven werden terug thuis verwacht tijdens de eucharistieviering moest onze moeder waken. Zijn werk als koster ging dus voor", geeft Josepha mee. Tenslotte bezocht de drukbezette meester-koster van tijd tot tijd de Doomkerkse café's. "Maar hij kon niet tegen alcochol. Met twee pintjes had hij meer dan genoeg. Dat was in ons voordeel, hij had na een cafébezoek altijd chocolade mee voor ons", glimlacht zijn jongste dochter.
Jozef was een drukbezet man, zijn vrouw Irma hield thuis de touwtjes in handen. Jozef en Irma werkten samen aan een mooie toekomst voor hun kinderen. Alle vijf kregen ze de kans om te studeren. Alle vijf behaalden ze, net als hun vader en hun grootouders, een onderwijzersdiploma. Na zijn legerdienst en enkele jaren in het onderwijs te hebben gestaan studeerde zijn zoon Guido nog verder en werd licentiaat in psychologie en beroep oriëntering. Zo staat de familie Vyncke gekend als een echt leraarsgeslacht. In 1964 ging de meester met pensioen. Zijn vrouw Irma overleed in 1975 op 69-jarige leeftijd. Twee jaar later, verliet Jozef Doomkerke om zijn oude dag in Oostende aan de kust door te brengen. In 1989 kwam hij tragisch aan zijn einde. Hij werd, in Bredene, tijdens een zoveelste fietstochtje aangereden door een auto. In een artikel uit een regionale krant uit 1964 wordt meester Vyncke als volgt omschreven:
In 1927 kwam hij naar Doomkerke-Ruiselede om er in de vervanging te voorzien van meester Camiel Vergote. Van dat jaar af zou hij zijn parochie niet meer verlaten, doch samen met "zijn mensen" alle lief en leed gaan delen. In een zo kleine dorpsgemeenschap is het normaal dat "iedereen iedereen kent" zodat meester Vyncke al dadelijk bij jong en oud een graag geziene figuur werd...
auteur: Kristof Vancolen
Datum: 26/12/2010
Met dank aan: Josepha Vyncke, dochter van meester-koster Jozef Vyncke voor de eerstehandsinformatie en de weetjes.
Het weer
Snelgids
· Contacteer Sint Caroluskerk
· Zo is Doomkerke
· Doomkerke in een notendop
· Dorpslied
· Kamphuislied
· KFC Doomkerke lied
· Uw (handels)zaak toevoegen
· Zoek in deze site
Moppen van Fonne
Herfst!
Herfst
Ge kunt de herfst nu reeds ontwaren,
profijtig, met bomen nog in de blaren ,
dan wild, die ’t leven van de takken rukt
en onvermoeibaar op hun kruinen drukt.
Dan weer geluidloos stil in de mollige mist,
met een zuchtje wind die de wolken wist.
Herfst is wispelturig met zon en regen,
een vage schaduw komt ons zelden tegen,
Herfst, met geur en kleur en soms wat rijm,
Herfst blijft fabelachtig, herfst blijft een geheim godwaert 24 09 2022