Oude Veldstraat
Tamelijk rechte weg tussen de Brandstraat en de Scheidingsstraat met aan de noordkant twee
doodlopende aftakkingen leidend naar dieper gelegen boerderijen. In het renteboek van Sint-Pieters- Schalklede uit 1686 opgetekend als "De Velt straete". De weg loopt naar de Schobbejakshoogte en het Wingens Veld (cf. Wingene).
De noordzijde van de Oude Veldstraat in 1686, met aanduiding van de galg.
De Veldstraat in de dorpskern van Ruiselede is recenter en maakte vroeger deel uit van de
Poortefrankstraat (cf. infra). De bronnen maken melding van een kalkput in de buurt van de Oude Veldstraat. In deze "Calck Cuype" werden huiden ontvet en onthaard. De galg van de vierschaar van de vroegere heerlijkheid Sint-Pieters-Schalklede is te situeren op de z.g. Schobbejakshoogte (cf. Veldkapellestraat) op de grens met Wingene. "Scalclethe" komt reeds
voor in 1042 in het "Liber Traditionum Sancti Petri" van abt Wichard van de Gentse Sint-
Pietersabdij en zou in Ruiselede het oudst bekende toponiem zijn. Een document van 1403 vermeldt het ophangen van een man voor het stelen van huiden uit de kalkput In het renteboek van 1686 van de Sint-Pietersabdij is er eveneens sprake van galg en kalkput. In hetzelfde renteboek wordt de Oude Veldstraat afgebeeld met twee zijsprongen: de "S. Piters Dreve"
(links van nr. 10) en het "cooperen straetghen", dat vertrekt aan de grens met Wingene, de Oude Veldstraat en de Hamerstraat kruist en in zuidelijke richting verder loopt tot aan de huidige Wingenesteenweg.
De zuidzijde van de Oude Veldstraat in 1686.
Landelijke straat met verspreide hoevebouw, de situatie zoals te zien op de Ferrariskaart (1770- 1778) is grotendeels bewaard gebleven. De oudste bebouwing kan teruggaan tot het einde van de 18de eeuw (cf. nr. 7), de meeste hoeves dateren uit de 19de eeuw soms met aanpassingen in de loop van de 20ste eeuw. Tussen de Oude Veldstraat en de Veldkapellestraat ligt het voormalige Disveld met enkele vijvers, z.g. "Dischvijvers" zoals te zien op de Ferrariskaart (1770-1778). Aan de rand van het gebied bevindt zich de hoeve, z.g. "Beierhage" (nr. 20) met vernieuwde gebouwen, het toponiem (haag met bessen) wordt volgen De Flou reeds vermeld in 1457. Achterin gelegen, leegstaande hoeve met vernieuwd woonhuis z.g. "Hinnekensmoere" (nr. 22). De site gaat zeker terug tot 1686, wanneer in het renteboek van de heerlijkheid Sint-Pieters-Schalklede een "haude hofstede" van "Baltasaer van Daele" afgebeeld is, west van het "cooperen straetghen". Deze staat evenwel niet afgebeeld op de Ferrariskaart. Volgens De Flou is "Hinnekensmoere" tevens de naam van een vijver "…ende es een vivere gheheeten hinnekens moere" zoals vermeld in 1457, moere duidt wellicht op turfontginning. De Oude Veldstraat paalt aan het natuurgebied *Predikherenbossen-Gulke Putten (cf. Wingene). De omgeving is bij M.B. van 24/06/2002 beschermd als landschap (cf. Sint-Pietersveldstraat). De Schobbejakshoogte-Predikherenbossen-Gulke Putten, grotendeels op het grondgebied Wingene, behoren tot de ankerplaats Bulskampveld-Sint-Pietersveld en zijn gesitueerd binnen de omvattende relictzone Oude Veldgebieden Hoogveld-Blekkervijver-Bulskampveld.
Het weer
Snelgids
· Contacteer Sint Caroluskerk
· Zo is Doomkerke
· Doomkerke in een notendop
· Dorpslied
· Kamphuislied
· KFC Doomkerke lied
· Uw (handels)zaak toevoegen
· Zoek in deze site
Moppen van Fonne
De hulp kwam toch van boven !!
Tijdens de overstromingen in de jaren tachtig
liep de garage van de pastoor onder water.
Hij schepte en schepte en bad de heer Almachtig:
“Laat mij niet alleen, help mij hieruit, gij goede vader.”
Het water steeg tot aan zijn knieën , zelfs nog hoger,
toen er een brandweerman passeerde, haastig naar zijn werk.
“ Kom” zei die man, “reik me je hand , ‘k trek je op het droge.”
“Nee, nee “ zei de pastoor, “ ons heer behoedt me voor zijn kerk.
”
“ ‘ k Stel mijn betrouwen op de Heer, die helpt me uit de nood,
in al die lange jaren deed ik zoveel voor hem,
De Goede God redt me gewis van de verdrinkingsdood
ga maar verder” zei de pastoor met vast beraden stem.
Het water kwam tot aan zijn heupen en bleef maar stijgen,
intussen was het middag en de brandweerman kwam eten.
Hij hoorde eerwaarde daar scheppen, gieten en hijgen
en binnensmonds prevelen, “ is God mij niet vergeten”.?
“ Allee toe kom “ zei de spuiter, “ reik me toch maar uw hand,
ge zult zien, in de kortste keren staat u weer hoger”
“Nee, nee “ schudde de pastoor, “ ‘k heb met God een band
die komt wel ongezien en helpt me weer op’ t droge.”
Na het eten en de pauze passeert de brandweerman,
hij slaakt een kreet omdat het water reikt tot aan de mond.
“ Maar eerwaarde ge weet dat het toch zo niet verder kan
ge zult verdrinken als de Heer u niet ter hulpe komt.”
’t Ergste gebeurt en de herder komt in de hemel aan,
hij ziet de Heiland wandelen en vraagt hem onomwonden:
“Wel , mijn Goede God, waarom liet ge mij in ’t water staan?”…
“ Hela “ zei God, “ ‘ k heb u 3x een brandweerman gezonden.”
Godwaert 08 02 93