Krommekeerstraat nr. 13
Krommekeerstraat nr. 13. Gerenoveerde landarbeiderswoning, z.g. "'T PRILBOS" cf. smeedijzeren opschrift. Volgens kadastergegevens opgetrokken ca. 1905 op de wijk "Prils Bosch". Volgens De Brabandere komt op deze locatie het toponiem "den busch van pril"reeds in 1616 voor. Laag dubbelhuis onder zadeldaken met ongelijke nokhoogte (mechanische en Vlaamse pannen). Verankerde, witbeschilderde baksteenbouw boven een gepekte plint. Licht getoogde muuropeningen met nieuw schrijnwerk. Tuin van de straat afgescheiden door een ligusterhaag.
Met dank aan: |
Van Vlaenderen P. & Vranckx M. 2008: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Ruiselede, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL39, (onuitgegeven werkdocumenten). |
Auteurs : Patricia Van Vlaenderen, erfgoedconsulent, Afdeling R-O West-Vlaanderen - Onroerend Erfgoed Martien Vranckx, bouwhistorica |
De inventaris is een dynamisch document. De meest recente gegevens en fotomateriaal vind u op http://inventaris.vioe.be. |
Het weer
Snelgids
· Contacteer Sint Caroluskerk
· Zo is Doomkerke
· Doomkerke in een notendop
· Dorpslied
· Kamphuislied
· KFC Doomkerke lied
· Uw (handels)zaak toevoegen
· Zoek in deze site
Moppen van Fonne
Kwestie van zaaien
Eva en Adam waren getrouwd, sinds vele jaren,
ze voelden zich ongelukkig, omdat ze zonder kinders waren.
Seksuele voorlichting of informatie daaromtrent ,
dat was in die tijd en zeker dààr nog niet gekend.
Ze gingen naar ons Heer en vroegen toen:
"wat ze om kinderen te krijgen toch moesten doen.
"Want" , zei Eva :‘k verveel me dood, ’t zijn lange dagen,
temeer mijn Adam de ganse tijd gaat jagen."
" ‘k Heb hier ",zei ons Heer, "een heel groot magazijn,
met al verschillende zakjes zaad, voor groot en klein
en braaf en stout en slim en dom, g’hebt er van alle slag,
ge vindt er alle soorten, zoekt desnoods de ganse dag."
Adam had weer geen tijd, hij wou opnieuw gaan jagen,
hij grabbelde een pakje zaad, van die daar op de lade lagen.
Ze kwamen thuis en zaaiden, maar ’t zou hun rap berouwen:
’t waren domme, stoute kinders, ’t was geen kot mee ’t houwen.
Adam was nukkig en zijn gezaag was nooit uit de lucht.
Hij gaf Eva de schuld met haar kinders, haren “ bucht.”
Eva liet zich niet doen, en maakte ook haar beklag:
"‘k Sta voor alles alleen," zei ze, "gij jaagt de ganse dag."
Al kibbelend zijn ze naar ons Heer terug gegaan,
maar weifelend bleven ze voor zijn deur toen staan.
"We gaan binnen" ,zei Adam," we hebben niets te verliezen,
als we in ’t magazijn geraken, zullen we wel beter kiezen."
Ze winkelden de ganse middag, en keken heel goed rond.
Ze betasten ieder zakje of men er niets verdacht aan vond.
Na veel gepalaver , wikken en wegen kwamen ze akkoord,
ze namen ’t beste zakje zaad en haasten zich voort.
Ze zaaiden en ’ t resultaat dat was er naar,
de kinderen groeiden en werden slimmer jaar na jaar.
’t Was echt geestig om er mee om te gaan,
die brave kinderen moesten nooit in ’t hoekje staan.
Dit is het einde, nu volgt de moraal:
Snap je de finesse van het verhaal ??
nee…. dan zeg ik vol spijt :
"dat ge jammer genoeg van ’t eerste zakje zijt." Godwaert