Bruggesteenweg nr. 47
Boerenarbeiderswoning, dwars op de straat georiënteerd. Op de Ferrariskaart (1770-1778) staat hier reeds bebouwing aangeduid. Volgens het kadaster wordt ca. 1894 deze woning opgericht door de familie Billiet (cf. Aalterstraat nr. 5) als pachtwoning ter vervanging van een ouder pand. Rode, verankerde baksteenbouw onder zadeldak (Vlaamse pannen), segmentboogvormige muuropeningen met nieuw schrijnwerk. Stoep met betontegels en gekasseide oprit.
Met dank aan: |
Van Vlaenderen P. & Vranckx M. 2008: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Ruiselede, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL39, (onuitgegeven werkdocumenten). |
Auteurs : Patricia Van Vlaenderen, erfgoedconsulent, Afdeling R-O West-Vlaanderen - Onroerend Erfgoed Martien Vranckx, bouwhistorica |
De inventaris is een dynamisch document. De meest recente gegevens en fotomateriaal vind u op http://inventaris.vioe.be. |
Het weer
Links
Snelgids
· Contacteer Sint Caroluskerk
· Zo is Doomkerke
· Doomkerke in een notendop
· Dorpslied
· Kamphuislied
· Uw (handels)zaak toevoegen
· Zoek in deze site
Moppen van Fonne
De penitentie !!
’t Was een ritueel “ de heilige hartenbond”
Gegarandeerd , de 1ste zondag van de maand.
“t Is geweten, dat er dan een pater komt
Een vreemde biechtvader zo genaamd.
Hij is heel rustig en vol attentie
en zegt piëteitsvol hoe het zou moeten,
hij geeft de absolutie en voor penitentie:
“ Bidt vijf onze vaders en vijf weesgegroeten.”
Maar bij de laatste boeteling
was die jongen heel verlegen.
Hij vond geen woorden voor zijn ding
“ ‘ k stak het er alleen maar tegen.”
De pater was verward en onthutst
maar verroerde van geen vin.
hij veroordeelde dat werelds geprutst
hij orakelde:” er tegen is zoveel als erin.”
“Steek 20 frank in den offerblok achteraan,
maar je mag ook je penitentie niet negeren.”
Intussen had de pater zijn stola afgedaan
en zette zich nog wat te mediteren.
Die gast heeft dat letterlijk genomen,
zoals de pater hem zei in het begin.
En aan de offerblok gekomen
zei hij ” er tegen is zoveel als erin”.godwaert